De Warandeloop. Op de Beekse Bergen. Ik twijfelde lang of ik me dit jaar wel moest inschrijven voor dit evenement. Vorig jaar had ik me namelijk een beetje verkeken…
In 2015 rende ik voor het eerst de 10 kilometer op De Oude Warande, een bosgebied in Tilburg. Een parcours met een ondergrond van (hard) zand en op een enkele plek een verdwaalde boomstam. Ook wel een cross genoemd. Op de zondagochtend. Met een gevoelstemperatuur van net boven het vriespunt. Heerlijk! Daarom deed ik in 2016 weer mee en verbeterde er mijn PR van een jaar eerder met 10 seconden.
De Beekse Bergen
Maar toen werd de Warandeloop verplaatst naar de Beekse Bergen. Klinkt leuk! Dus in 2017 schrijf ik me weer in voor de 10K recreantencross. Op een vroege zondagochtend klinkt het startschot op de Beekse Bergen en tot mijn verbazing loop ik de eerste kilometers door het water. Nieuwe Nike’s en natte voeten, grrr… Een stukje verderop blokkeren twee boomstammen het parcours. Stoppen. Eroverheen stappen. En door. Een bospad in. Een heuveltje op. En ook weer af. Maar het is glad. Shit, dus dít bedoelen ze met een cross.
Gelukkig kent de Warandeloop ook een recreantenloop over een verhard wegparcours. Alleen heeft de organisatie dit jaar de 10K-afstand geschrapt van het programma op de zondagochtend. Maar het is eind november altijd zo heerlijk fris buiten, én ik heb al twee keer eerder een PR gelopen op de Warandeloop…
Op naar Beek!
Zodoende brengt mijn Smart me ook dit jaar weer naar Hilvarenbeek. Op zaterdagmiddag ren ik er een afstand van 10 kilometer, over de verharde weg. Twee rondjes van 5 kilometer. Net zoals dat op De Oude Warande ook was. Het is buiten zo’n 4 graden boven nul en wanneer ik in de auto onderweg ben, regent het lichtjes. Alle ingrediënten voor een nieuw PR. Want daar doe ik het voor.
Het evenement is weer groot opgezet. Wanneer ik op de Beekse Bergen aankom, starten de jeugdatleten. Nog een halfuur tot de recreantenloop begint. Omdat het me beter lijkt om buiten in de kou te blijven dan de warmte op te zoeken in een tent (want dan krijg je zo’n klap) kijk ik even hoe de jongens het doen. Wanneer de meisjes van start gaan, begeef ik me naar het startgebied. Twee rondjes rond het Victoriameer ga ik doen. Een groot bord, net voor de start, geeft met een pijl duidelijk aan dat de 10K-recreanten na de eerste ronde linksaf moeten slaan en niet rechtdoor de finish over moeten rennen. Helder. Het wordt drukker in het startgebied en dan klinkt het startschot!
Het plan
Mijn PR op de 10K (uit 2016) staat op 53 minuten en 10 seconden. Wil ik dat verbreken (en dat wil ik), moet ik het eerste rondje van 5 kilometer onder de 26 minuten lopen. Anders moet ik de tweede ronde haast gaan sprinten en dat werkt niet voor mij. De eerste kilometers in een race loop ik altijd sneller dan de laatste. Mijn doel is 52 minuten. Een minuut sneller dan twee jaar geleden. Dat moet haalbaar zijn.
Ik ga lekker van start. Na 5 minuten klinkt RunKeeper door mijn oortjes: ik loop een snelheid van 11,8 km/u. Mooi, maar dat ga ik natuurlijk geen 10 kilometer volhouden. Ik ren een strandje op, over het zand. Maak een scherpe bocht en ga terug het asfalt op. Voor mijn gevoel loop ik nu een iets rustiger tempo. Maar 5 minuten later vertelt RunKeeper me dat ik nog steeds zo snel ga. En een halve minuut later laat mijn horloge me weten dat de eerste 2 kilometer erop zitten.
Ik besluit om me te focussen op de omgeving. Want het is prachtig hier. En misschien remt het mijn pas. Maar zo’n 5 minuten later trilt mijn horloge weer: al 3 kilometer gehad, nog 7 te gaan. Maar het voelt nog steeds goed. Dan maar zo doorgaan.
Voor me rennen twee mannen in een prettig tempo. Ik blijf achter ze lopen, ze houden me een beetje uit de (frisse) wind. Na een tijdje merk ik dat ik toch wat sneller ren en ik haal ze in. Voor korte duur, want even daarna rennen ze mij weer voorbij. En sprinten ervandoor. Er speelt een bandje langs het parcours. De laatste kilometer van de eerste ronde.
En toen ging het mis
Ik loop op de finish af. En tot mijn schrik zijn ze bezig met het weghalen van het bord dat ik voor de start zag hangen. 5K rechtdoor, 10K linksaf. Toch? Ik ren rechtdoor. Shit! Waar moet ik naar links? Ik ren weer terug naar het bord. “10 kilometer, waarheen?!” roep ik. Rechtdoor, wordt er gebaard. Het zal toch niet? 10 kilometer willen rennen en na 5 kilometer al finishen? Wat een nachtmerrie. Ik ga achter de massa aan. En tot mijn opluchting begin ik aan mijn tweede ronde. Deze stunt kost me kostbare seconden, balen! Ik werp een blik op mijn horloge: 26 minuut zoveel. Het kán nog..!
Een tikje harder dan maar. Weer het strandje op. En stukje verderop rennen de mannen die ik eerder inhaalde en die mij daarna weer voorbij gingen. Nu haal ik ze weer in. En blijf ze voor. Ruim over de helft: 6 kilometer in de benen en een snelheid van (meer dan) 12 km/u. Wow!
Het is inmiddels wat rustiger op het parcours. De 5 en de 10 kilometer gingen tegelijk van start en veel deelnemers lopen maar één ronde, zo blijkt. Nog 3 kilometer te gaan en ik loop bijna 12,5 km/u. Waar dit vandaan komt, geen idee. Dat ik nog steeds 3 keer per week train, lijkt zijn vruchten af te werpen.
Op een ronde
De laatste kilometers. Ik haal nog een paar lopers in. In mijn ogen zijn ze vrij traag. Zouden dit de laatste deelnemers van de 5K zijn, die ik nu op een ronde zet? Ik kijk op mijn horloge en verbaas me over de tijd. Dit zou wel eens een eindtijd ónder de 50 minuten kunnen worden. Daar heb ik me al eens eerder op verkeken. In september dacht ik de Tilburg Ten Miles te finishen onder het anderhalf uur. Maar toen deed ik ineens 6 minuten over de laatste kilometer. Daarom ga ik er nu ook maar niet van uit.
Nog een paar honderd meter en nog enkele seconden naar de finish… Dan zit de 10 kilometer erop. Ik druk mijn horloge af: 49 minuten en 53 seconden. Dus tóch! Ik kan het niet geloven. Ik ging voor een nieuw PR, maar van een tijd onder de 50 minuten had ik niet durven dromen.
En ik roep het iedere keer bij een nieuw PR, maar nu toch echt zeker: deze tijd op de 10 kilometer kán ik nooit meer beter.
Terug naar Tilburg
Hoewel ik nog stiekem nog steeds hoop dat de Warandeloop volgend jaar terugkeert naar de locatie waar die zijn naam aan te danken heeft, is deze Safari me erg goed bevallen. Het is prachtig rennen rond het Victoriameer en dankzij het vlakke parcours heb ik mooi een nieuw PR op mijn naam gezet.